editorial

Editorial: volwassen aan de eettafel

In 2019 liet ik mijn Amsterdamse studio grondig verbouwen. Ik miste een afgesloten slaapruimte, had teveel kleding voor de slechts 2 Pax kasten die tevens dienden als kamerscherm en sliep met mijn hoofd ongeveer in de afzuigkap van de keuken. Godzijdank kookte ik nooit, oh en thuis was ik ook al niet vaak. Sinds maart 2020 zat ik meer thuis dan in de afgelopen 13 jaar bij elkaar – en was ik dagelijks zo blij met deze investering in de verbouwing.

De keren dat ik er was, was er vooral onrust. Vanwege de indeling, de spullen, het gebrek aan overzicht. Teamwork makes the dreamwork; ik verzamelde inspiratie, vaders maakte de technische tekening en de klusjesman van Zoku bouwde het. Een investering, zeker. Maar eentje die iedere euro nog meer waard bleek in 2020.

Van alle plannen, waren project bed/slaapdeel en badkamer helemaal af. Project eettafel was niets meer dan een prachtig stuk boomstam op twee schragen, volgepakt met spullen en in gebruik voor het sporadische thuiswerk. Met uitzicht op een witte muur. Tijdens de eerste lockdown kwam er al snel een extern beeldscherm op te staan. Een toetsenbord. Laptopstandaard. Muis. Zelfs een bureaustoel. De plek werd er niet geliefder door, naarmate de verplichte dagen thuiswerken vorderden.

In juli kreeg ik het op mijn heupen. Terug van een weekje Italië, vol goede moed dat binnenzitten en verplicht thuiswerken nu echt iets van het verleden zou zijn. Bovendien, weer at en borrelde ik met vriendinnen onhandig en vooral ongezellig op de bank. Dat moest anders. Die prachtige eettafel moest uit de verdomhoek, weg van die witte muur waar ik ieder krasje, bobbeltje of streepje nu wel kende. Inmiddels staat de tafel zo, dat er zowaar 4 mensen aan kunnen zitten. Maar er ook een laptop kan staan. Er nog wel eens een boek en de gebruikelijke paperassen op een stoel belanden, in afwachting van een opruimsessie – of bezoek.

In geen enkel Amsterdams thuis heb ik een eettafel gehad. Te weinig ruimte, of ruimte die werd ingenomen door andere spullen. Ik hou nou eenmaal erg van stoelen. Lampen. Boeken. Spullen. Sinds deze verandering, met zowaar een gezellige (George) lamp er boven, mediterraans aandoende koddige olijf- en mandarijnboompjes, dinerkaarsen en een lekker riekend exemplaar erop, voelt het alsof ik een nieuw niveau van volwassenheid heb bereikt. Ook al zit ik er vooral nog alleen aan. Het schept mogelijkheden. Oogt stukken gezelliger. Bovendien is schrijven vanaf de eettafel, af en toe dromerig naar buiten starend, een stuk romantischer dan uitkijken op die witte muur. Daarvan doen je ogen na iets te veel dagdromen zelfs pijn.

De boomstam is een ode en warme herinnering aan mijn opa. Altijd met hout in de weer. De geur van zijn werkplaats, de snippers aan zijn kleding, zijn gehavende handen. Hoewel niets in dit huis meer door hem gemaakt is, heeft hij zo toch zijn plek. Eentje van waaruit hij nog net zo open en welkom kan zijn, waar plek is voor mij én anderen. Voor schrijfsels, borrels, eten. Waar het blad door gehavend, gebutst en getekend zal worden. Een teken dat er geleefd en genoten wordt. Hij zou het graag zo gezien hebben. Wederom geroepen hebben dat het ‘knieftig’ was. Waarschijnlijk in zichzelf mompelend dat het vooral veel en vol was. Waar hij in gedachten dan zo weer een slimme, houten oplossing voor geklust zou hebben.

Rest er nog één project in huize De Witte; raambekleding. Voor de puntjes op de i van gezelligheid en een intiemere sfeer dan de trieste rolgordijnen die zich of niet meer of te goed laten oprollen en voor het gemak maar in de huidige positie worden gelaten. Gemak dient de mens. Maar het oog wil ook wat.

Details: boomstam via klusjesman, schilderij van Chiel Dekker, stoelen van Kave Home.

Sabine de Witte