Travel

Jubbelend van vreugde

Donderdag 24 december 9.30u bij de plaatselijke Albert Heijn. Na een half uur zoeken naar een parkeerplek op eigen risico de winkel betreden. Een van de laatste karren te pakken. Wachten voor de poortjes bij de ingang.

Elleboogstotend en tussen de andere karren door manoeuvrerend. Wensen dat je ook ogen in je achterhoofd had, zodat je die achtelijke gladiool die je op je enkels rijdt had `aan zien komen en hem het schap met de zure bommen in had kunnen laten vliegen. Hysterische kinderen in onhandige autokarren, nog hysterischere huisvrouwen met ellenlange boodschappenlijsten. Opstootjes bij de verse stokbroden, want ondanks een tijdige bestelling is het personeel wat traag deze dag. Ruzie bij de Excellent groentes, gemor bij de wijnafdeling en ordinair jatwerk bij de laatste bus slagroom die de persoon achter je heel gewiekst uit je kar vist als je even niet oplet omdat je wordt overlopen door overstekende verwilderde mannen die aan hun haren zijn meegesleurd naar de winkel.

Gelukkig zijn wel alle kassa’s beschikbaar en na wat geduw, haren trekken en over tenen te zijn gereden kan je eindelijk de ‘kerstboodschappen’ op de band uit stallen. De supermarkt vlak voor kerst, de plaats om te zien dat wij geen kerst vieren om te herdenken dat het kindeke Jezus werd geboren in een krakkemikkige kribbe tussen de ossen en de ezels. Geen moment van bezinning, maar een ordinair vreetfestijn. De kerstgedachte is ver te zoeken op de vleesafdeling. Het personeel alles behalve in feeststemming. Al dagen lijden zij onder stress. De drukste dagen van het jaar, waarop de meeste omzet moet worden binnen getrokken. En om 10 uur zijn de meeste schappen al leeg. Slechte planning, distributie of voorbereiding? Geen idee, maar op dat moment hoefde het hele kerstgebeuren van mij even niet.

Na twee gezellige kerstdagen met een overdaad aan eten, drinken, spelletjes en gezapigheid, realiseer ik me hoe commercieel alle feestdagen worden uitgebuit, hoe gevoelig ik daar zelf voor ben en hoe schandalig dat eigenlijk is.

Volgens mij is deze trend veel erger dan de opkomst van moderne technologie die Beatrix aanhaalde in haar kersttoespraak. Persoonlijk voel ik me niet aangevallen, in tegenstelling tot andere online actieven. Ik weet dat in naast mijn ‘online’ leven een stabiel ‘offline’ leven heb en ik probeer dat nog steeds zo goed te onderhouden als het online leven. Online gaat het wat makkelijker, want in drukke tijden is een @mention, dm of prikbordbericht op Facebook een snelle en efficiënte manier om toch persoonlijk van je te laten horen. Mijn online leven heeft mijn visie vergroot, mijn vriendenkring en netwerk uitgebreid en kansen geboden die ik offline niet zo snel had gekregen.

Ik heb het opgegeven om offline mensen te overtuigen van de kracht van Twitter, het belang van het regelmatig checken van mijn iPhone (sinds de komst en mijn eerste mobiele telefoon zit deze vergroeit aan mijn hand, ik heb daar vrede mee en ervaar het niet als storend als een ander tijdens een gesprek af en toe op zijn of haar telefoon kijkt, maar mensen die niet zo gehecht zijn aan hun mobiele telefoon hebben daar wel problemen mee en dat is best lastig om daar balans in te vinden). Je staat er voor open of niet. Je ziet er een aanvulling in of niet. Als je het niet snapt of er niets aan denkt te hebben, moet je er zeker niet aan beginnen. Maar ondanks dat ik mijn buren bij naam ken en groet, deel ik met de online ‘onbekenden’ meer overeenkomsten zonder dat ik ze ken. Als je alleen een online leven hebt en de deur niet meer uitkomt, ben je niet goed bezig. Met alleen een offline leven bleef ik iets missen, het delen van interesses lukte niet omdat er maar weinig dezelfde interesse hebben in ‘online’.

Lieve Beatrix, dat alles zo onpersoonlijk gaat bij u thuis, is allemaal erg vervelend, maar neemt u dat Hyves-account maar aan en er zal een hele nieuwe, warme wereld voor u open gaan. Misschien dat u volgend jaar op ‘derde kerstdag’ al uw nieuwe online contacten uit kunt nodigen om de restanten van uw familiedinertje weg te werken? Heeft die ordinaire schranspartij ook nog nut.