Ruim 6 1/2 jaar woon ik niet meer bij mijn ouders. Ik ben de oudste, dus voor moeders was het even wennen. Maar we hebben samen mijn eerste kamertje leuk ingericht (was een super kamer, gemeubileerd in helemaal mijn smaak) en ook de tweede kamer heeft ze helpen ‘customizen’.
De eerste weekenden ging ik altijd naar huis, later werd dat wat minder of ging ik gewoon ‘even op en neer’. Als ik wat langer bleef, dan kwamen er toch wat strubbelingen. Want ik deed de dingen in mijn tempo op mijn manier, en niet meer als het gezegd werd. Wat was het dan weer fijn om in mijn eigen kamertje, op eigen terrein, te zijn!
Nog regelmatig kom ik bij mijn ouders over de vloer, maar er slapen doe ik eigenlijk nooit meer. Had ik eerder nog een eigen kamer, ook dat is niet meer. Soms voelt het alsof ik op bezoek ben in mijn ouderlijk huis, zeker als er weer dingen verandert zijn of ik niet meer weet waar dingen liggen.
Er is echter een plek, waar ik me altijd helemaal ’thuis’ voel. Daar heb ik menig uurtje doorgebracht (nee, niet het toilet), op zaterdagmiddag uitgebreid badderen en tutten in de badkamer, radio aan, deur op slot, kop thee mee en me in alle rust voorbereidend op een hectische avond werken in het restaurant. Dat was echt ‘mijn’ moment. Gister stond ik er weer, en iedere keer als ik ’thuis thuis’ onder de douche stap, vliegt de tijd voorbij. Volkomen op m’n gemak sta ik daar lekker te treuzelen onder de warme straal.
Onze badkamer lijkt qua tegelwerk erg op die van mijn ouders, onze douche is heerlijk. Maar toch mis ik daar de rust en de ruimte. Ik blijf me verbazen over hoe snel je je ergens thuis kunt voelen, ook al is het nog wel onwennig. Zeker nu ik de afgelopen tijd steeds weg ben geweest en in Amsterdam overnachtte. Hoewel het leven uit een koffer me nog steeds niet bevalt.
Ik hou van reizen, maar de gehaastheid die daar bij schijnt te horen, daar wordt ik onrustig van. Zodra ik met mijn koffer de deur uit loop, loop ik nog 100 x na wat ik in heb gepakt en ben ik tot het moment dat ik mijn koffer weer open, bang dat ik iets vergeten ben. En juist omdat ik daar zo bang voor ben, vergeet ik iedere keer wel wat. Wat is het dan weer fijn om thuis te zijn, waar je alles om je heen hebt. Home is where the heart is. Absoluut waar. En je kan ook zeker meerdere ‘homes’ hebben. Want ook bij mijn ouders voel ik me nog steeds ’thuis’ genoeg om te doen waar ik zin in heb. En zelfs bij mijn schoonouders durf ik ongegeneerd op de bank in slaap te vallen.
Wat zal ik zaterdag als ik thuis kom mijn plekje weer waarderen!