Toekomstmuziek. Een mooi woord. Op dit moment klinkt het als fijne toekomstmuziek als ik per augustus een eigen plek in Amsterdam heb. We hebben allemaal onze dromen en wensen. Als die lijken uit te komen, is dat alsof de toekomstmuziek begint te spelen. We durven allemaal te dromen en te hopen, maar stiekem blijven we denken dat het toch nooit lukt.
Af en toe moet ik mezelf flink in m’n arm knijpen. Alles waar ik vorig jaar nog van droomde, lijkt nu werkelijkheid te worden. Alles waarvan ik ergens deep down wist dat ik het wilde, lukt nu. Omdat ik er zelf voor ga, durf en risico neem, met fijne mensen die me met raad en daad bijstaan. Tot nu toe heeft dat vooral positieve dingen gebracht, maar ik ben me er van bewust dat dat zomaar kan veranderen. Ik heb een back-up plan, voor het geval ik niet volledig meer van mijn schrijverij kan rondkomen. Maar ik heb nog veel meer toekomstplannen. Niets concreets waar ik nu al naar toe werk, maar kleine wensen, dromen en verlangens.
Het is leuk om te spreken met mensen die risico durven nemen, hun dromen najagen. Je componeert zelf de toekomstmuziek, zet de tonen in die je wilt horen. Soms zal er misschien een valse noot tussen zitten, maar fouten maken is menselijk. Daar leer je uiteindelijk alleen maar van.
Ik volg keurig mijn eigen bladmuziek, kan zelf precies lezen wat er staat. En niet alleen klinkt de toekomstmuziek erg mooi, de huidige deuntjes klinken al erg fijn.